UTRECHT - In de afgelopen ruim 2,5 jaar is het totaal aantal opvangplekken voor asielzoekers in de provincie Utrecht bijna verdubbeld. Als de bestaande asielopvang, de ‘harde plannen’ en de bestuurlijke voornemens voor nieuwe opvangplekken bij elkaar worden opgeteld, zal het aantal opvangplekken de komende jaren nogmaals kunnen verdubbelen tot circa 8000. Dat is 95 procent van het totaal aantal plekken dat de Spreidingswet van de provincie Utrecht vraagt.
Op 31 oktober heeft commissaris van de Koning Hans Oosters evenals zijn collega-commissarissen een ambtsbericht gestuurd aan minister Faber van Asiel en Migratie. Hierin brengt hij verslag uit van de resultaten die de Utrechtse gemeenten hebben geboekt en gaan boeken bij het realiseren van opvangplekken voor asielzoekers. Volgens de Spreidingswet moet de provincie Utrecht 8207 plekken realiseren, waarvan 696 voor Alleenstaande Minderjarige Vluchtelingen (AMV).
Gerealiseerde plekken
Het aantal plekken dat wordt gerealiseerd in de eerste periode van de Spreidingswet en kort daarna, telt op tot 50 procent van het gevraagde aantal plekken. Alleen de plekken die zeker zijn mogen worden meegeteld. Asiellocaties waarvan de contracten voor of tijdens de periode van de Spreidingswet aflopen en die (nog) niet zijn verlengd, vallen buiten deze telling. Hierdoor is een dip te zien in de cijfers en ligt het aantal plekken in de ‘periode Spreidingswet’ lager dan op de peildatum 31 oktober 2024 (eerste tabel Provinciaal Plan). De ervaring van de afgelopen jaren leert dat dit in de praktijk zal bijtrekken
.
Utrechtse Aanpak
Bovenop de reeds bestaande locaties en harde plannen voor nieuwe opvangplekken zijn in veel gemeenten nog vele initiatieven in verschillende fases van ontwikkeling. Initiatieven waar het gemeentebestuur zich sterk voor maakt. Bij elkaar gaat dat om nog eens 45 procent van de gevraagde plekken. CvdK Hans Oosters: “Een bemoedigend percentage, maar we hebben met elkaar nog flink wat werk voor de boeg. Ik zal daarbij extra aandacht besteden aan de gemeenten die dat nodig hebben. Ons Kansenmakersteam heeft de Utrechtse gemeenten de afgelopen jaren ondersteund bij het vinden en realiseren van kwalitatief goede opvangplekken die ingebed zijn in hun omgeving. We noemen dit de Utrechtse Aanpak. Die ondersteuning blijft het Kansenmakersteam de komende jaren onverminderd geven aan alle gemeenten.”
Oorzaken
In het ambtsbericht van commissaris van de Koning Hans Oosters aan de minister én in een gezamenlijk bericht van de twaalf commissarissen vragen zij aandacht voor de oorzaken die maken dat het gevraagde aantal opvangplekken niet (altijd) tijdig gerealiseerd kan worden. Zo is er een nijpend tekort aan ontwikkellocaties en zijn er geen nieuwe wettelijke mogelijkheden gekomen om ruimtelijke procedures te versnellen. Het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) – verantwoordelijk voor het realiseren en beheren van locaties – heeft onvoldoende capaciteit om aangedragen locaties snel te (laten) ontwikkelen en in gebruik te nemen. En de aankondiging van het kabinet om de Spreidingswet in te willen trekken, maakt het bestuurders niet makkelijk om gemeenteraden en omwonenden te overtuigen van de noodzaak om nieuwe locaties te realiseren.
Desalniettemin blijft cvdK Oosters optimistisch in zijn ambtsbericht aan de minister: “Ik blijf benadrukken en mijn waardering hiervoor uitspreken dat vele partijen hard werken om de benodigde opvangplekken te realiseren en zo de druk in de hele asielketen te verlichten. Alle partijen kunnen daarbij rekenen op steun van mij en van ons PRT Kansenmakersteam. Ik heb er vertrouwen in dat wij als partners de grote opgaven voor Provincie Utrecht het hoofd kunnen bieden.”