UTRECHT - Een 25-jarige man uit Utrecht is door de rechtbank Midden-Nederland veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden en een taakstraf van 200 uur. De man wilde in 2017 afreizen naar Syrië om zich aan te sluiten bij een terroristische organisatie. Zijn doel was om mee te doen aan de gewapende Jihadstrijd.
Facebookberichten
De verdachte plaatste in ieder geval vanaf mei tot begin juni 2017 berichten op Facebook die onder andere gingen over de gewapende Jihadstrijd in Syrië. Hij deed dit onder een valse naam. Ook reageerde hij op verschillende berichten. Uit zijn berichten en reacties komt naar voren dat hij zich het radicaal extremistische gedachtegoed van de gewapende Jihadstrijd eigen heeft gemaakt. Hij bekeek er op internet ook video’s over. In chatberichten had hij het over zijn wens om in Syrië ‘op Jihad te gaan’ en daar ook voor te sterven. Daarvoor trof hij ook voorbereidingen. Zo zocht hij contact met een persoon of personen in Syrië die hem konden helpen de grens over te komen en informeerde hij naar een reisroute. Ook was hij bezig met een paspoortaanvraag.
Geen grootspraak
Volgens de verdediging van de verdachte was het allemaal grootspraak en was de man nooit van plan om écht af te reizen naar Syrië. Maar hier gaat de rechtbank niet in mee. Uit alle berichten van de verdachte blijkt dat hij niet alleen sprak over een vertrek naar Syrië, maar dat hij ook daadwerkelijk op zoek is gegaan naar manieren waarop hij dat kon doen. Verder blijkt uit WhatsAppgesprekken die hij voerde met een goede vriendin, dat zij ook écht dacht dat hij naar Syrië zou gaan en daar wilde sterven.
Veroordeling
De rechtbank komt tot de conclusie dat de verdachte naar Syrië wilde om zich aan te sluiten bij een terroristische organisatie en mee wilde doen aan de gewapende Jihad. Een strijd waarin terroristische misdrijven worden gepleegd, waaronder martelingen, moord, verkrachtingen en brandstichtingen. De rechtbank neemt het de verdachte kwalijk dat hij de bedoeling had om hier een bijdrage aan te leveren. Volgens de reclassering is in deze zaak sprake van een kwetsbare verdachte die door verschillende omstandigheden delicten pleegt. De verdachte zou momenteel voor het eerst openstaan voor hulp. Het advies van de reclassering is om hem een (deels) voorwaardelijke celstraf op te leggen en daarnaast in te zetten op die hulp en begeleiding. De rechtbank neemt dit advies over en legt een forse, geheel voorwaardelijke, gevangenisstraf op van 6 maanden met een proeftijd van 2 jaar. Omdat de rechtbank vindt dat naast de voorwaardelijke straf ook direct een voelbare reactie moet komen, wordt verdachte ook veroordeeld tot een taakstraf van 200 uur. Deze straffen komen overeen met de eis van de officier van justitie. Daarnaast legt de rechtbank de verdachte ook nog een taakstraf op van 60 uur, waarvan de helft voorwaardelijk, voor het plegen van een woninginbraak begin dit jaar in Utrecht.