AMEIDE - Een 53-jarige man uit Duitsland is door de rechtbank Midden-Nederland veroordeeld tot een taakstraf van 150 uur. De schipper voer in augustus 2022 met zijn motortankschip een klein motorjacht aan op de Lek. Bij dat ongeluk kwam een vrouw die op het motorjacht zat om het leven.
Volgens de rechtbank handelde de verdachte aanmerkelijk onvoorzichtig en onoplettend: als ervaren beroepsschipper had hij het jacht kúnnen en móeten zien.
Aanvaring
Op 5 augustus 2022 voer de schipper van het motortankschip op de Lek ter hoogte van Ameide. Op dat moment waren een vrouw, een man en zijn dochter ook op het water. Zij voeren in een klein motorjacht.
Het tankschip voer in eerste instantie honderden meters achter het motorjacht, aan dezelfde kant van het water en in dezelfde richting. Maar doordat het schip sneller voer, werd het jacht ingehaald en kwam het in de dode hoek van het schip terecht. In een flauwe bocht naar links voer het schip vervolgens tegen het motorjacht aan, waarna dat zonk. De man en zijn dochter konden op tijd boven water komen, de vrouw is als gevolg van de aanvaring overleden.
Dode hoek
Op het moment van de aanvaring was het helder weer, met zeer goed zicht en er was nagenoeg geen stroming. De verdachte verklaart dat hij het motorjacht niet heeft gezien. Maar uit onderzoeken van de politie én van een bedrijf dat op verzoek van de verdediging een simulatie van de aanvaring heeft gemaakt, blijkt dat hij het jacht wel had kúnnen zien voordat deze in zijn dode hoek terechtkwam. Uit verschillende berekeningen maakt de rechtbank op dat de verdachte het motorjacht minimaal 2 minuten en 30 seconden had kunnen zien vanaf zijn plek in de stuurhut.
Schuld
De vraag die de rechtbank moet beantwoorden is of het de schuld van de verdachte is dat het motorjacht is gezonken, waarna de vrouw is overleden. Volgens de rechtbank is dat het geval. De verdachte heeft de dood van het slachtoffer nooit willen veroorzaken, maar toch kan het hem verweten worden omdat hij anders had kunnen en moeten handelen. Zo was de man naar eigen zeggen vooral gefocust op grotere schepen. De rechtbank vindt dat hij maatregelen had moeten treffen zodat ook plezierboten waren opgemerkt door hem of een collega. Volgens de rechtbank is sprake van aanmerkelijke schuld omdat hij een verwijtbare fout heeft gemaakt. Hij had het jacht minimaal 2 minuten en 30 seconden kunnen en moeten zien. De rechtbank staat in het vonnis ook stil bij de eventuele medeschuld van de man die het motorjacht bestuurde, waar de verdediging op wijst. Zo zou hij niet alleen van koers zijn gewijzigd, maar ook onvoldoende vrij zicht naar achteren hebben gehad, waardoor hij het tankschip niet heeft gezien. Fouten van anderen zouden de mate van schuld bij de verdachte kunnen doen afnemen, maar van minder schuld bij de verdachte is volgens de rechtbank in deze zaak geen sprake. Als verdachte beter had opgelet en het motorjacht op tijd had gezien, had hij maatregelen kunnen treffen om de aanvaring te voorkomen. De rechtbank veroordeelt de man tot een taakstraf van 150 uur.