UTRECHT - De man die is veroordeeld voor de verkrachting van vier vrouwen in 1995 en 2001 in Utrecht komt de komende zes maanden nog niet voorwaardelijk vrij. Dat heeft de rechtbank Midden-Nederland beslist.


16 jaar cel

De man zit sinds 2014 vast en is in hoger beroep veroordeeld tot de maximale gevangenisstraf van 16 jaar. Voor hem geldt nog de oude regeling van vóór 2021, waarbij een veroordeelde na het uitzitten van twee derde van de gevangenisstraf voorwaardelijk vrij komt. Het Openbaar Ministerie bepaalt

de voorwaarden die tijdens de voorwaardelijke invrijheidstelling gelden. Het doel is dat de veroordeelde op een veilige manier terugkeert in de maatschappij.


Geen plek

De man zit zijn gevangenisstraf uit in een penitentiair psychiatrisch centrum (PPC). Bij dit centrum en bij de reclassering vinden ze de overstap naar beschermd wonen op dit moment te groot. Daarom wordt als volgende stap een opname in een forensisch psychiatrische kliniek (FPK) geadviseerd. Het Openbaar Ministerie is het daarmee eens en wil dat de man vrij kan komen onder de voorwaarde dat hij in een FPK wordt opgenomen. Omdat er echter nog geen plek gevonden is in een FPK, wil het Openbaar Ministerie dat de man een half jaar langer in het PPC blijft.

Zes maanden uitstel

De rechtbank vindt het van groot belang dat de veiligheid voldoende is gewaarborgd als de man terugkeert in de maatschappij en kan de koerswijziging van beschermd wonen naar een FPK volgen. Er spelen op dit moment risicofactoren bij de man, zoals zijn persoonlijkheidsstoornis, impulsiviteit en de manier waarop hij zelf kijkt naar de strafbare feiten waarvoor hij is veroordeeld. De rechtbank vindt het ook in het belang van de man dat zijn re-integratie wordt gestart in een sterk gestructureerde en begeleidende omgeving waarbinnen vrijheden stapsgewijs en met voldoende toezicht en controle worden opgebouwd. Wel ziet de rechtbank dat er bij de man de verwachting is gewekt dat hij naar beschermd wonen zou kunnen. Daarna werd pas duidelijk dat hij toch naar een FPK zou moeten gaan. De datum van de voorwaardelijke invrijheidstelling was ook al lang bekend, maar het is nu toch nodig geweest om uitstel hiervan te vragen. De rechtbank is het dan ook met de man eens dat het proces niet zorgvuldig is gegaan. Dat er nog geen plek is in een FPK, is wel voldoende reden om de voorwaardelijke invrijheidstelling met zes maanden uit te stellen.