Het is 25 februari 2020 als het slachtoffer verhaal komt halen bij zijn buurman, de verdachte. Het slachtoffer heeft een brief bij zich van de woningbouwvereniging waarin staat dat er een klacht tegen hem is ingediend. Niet veel later schiet de verdachte hem in de hal van zijn woning met vier kogels dood.
Zelfverdediging
Dat de 56-jarige verdachte de schutter is, staat niet ter discussie, dit heeft de verdachte zelf bekend. Het OM gelooft echter niet dat de verdachte dit deed om zichzelf en zijn gezin te beschermen. De verdachte verklaart dat het slachtoffer hem aanviel met een mes, maar dat blijkt volgens het OM niet uit het bewijs.
Zo blijkt uit onderzoek door het NFI dat het onwaarschijnlijk is dat het slachtoffer het aangetroffen mes zelf meenam. Er zat geen DNA op van het slachtoffer, waardoor het niet waarschijnlijk is dat het slachtoffer dit mes überhaupt heeft vastgehouden. Wel werd er op meerdere plekken DNA aangetroffen van de verdachte en zijn zoon. Bovendien lijkt het mes op andere illegale messen die in de woning van de verdachte werden aangetroffen.
Brief met kogelgat
Dat de verklaring van de verdachte niet klopt blijkt uit ook uit ander bewijsmateriaal. Zo verklaart de verdachte dat hij de brief van de woningbouwvereniging van zijn buurman aannam om te lezen en dat hij daarna pas zag dat de buurman een mes bij zich had en ermee dreigde. Hij zou de brief vervolgens hebben laten vallen, zijn pistool hebben gepakt en het slachtoffer hebben neergeschoten.
Uit het forensische bewijsmateriaal blijkt echter dat één van de kogels eerst door de brief is gegaan, voordat deze het slachtoffer raakte. Dit had alleen gekund als het slachtoffer de brief nog zelf vasthield op het moment dat er werd geschoten, concludeert het OM. Daarmee acht het OM bewezen dat de verdachte de aanval in scène heeft gezet en dus niet handelde uit zelfverdediging.
Vuurwapen
Daarnaast is het opvallend dat de verdachte eerst naar zolder loopt, zijn vuurwapen uit de kluis haalt, laadt en in zijn vest stopt, voordat hij de deur opendoet om met de buurman te praten. Volgens zijn verklaring heeft hij op dat moment namelijk nog niet gezien dat de buurman een mes mee zou hebben en er is nog nooit eerder een fysieke confrontatie geweest tussen de twee mannen.
Bovendien had de verdachte er ook voor kunnen kiezen om de deur niet te openen, als hij zo bang was voor zijn buurman. In plaats daarvan gaat hij de confrontatie aan. “Hij doet dit, terwijl hij een geladen vuurwapen bij zich draagt met de intentie om zichzelf te kunnen verdedigen als dit nodig blijkt te zijn”, legt de officier van justitie uit. “Daarmee neemt hij welbewust het risico dat hij zijn vuurwapen zou moeten gebruiken.”
Doodslag
Omdat niet kan worden bewezen dat de verdachte zijn vuurwapen van zolder haalde met het plan om het slachtoffer dood te schieten, is er volgens het OM geen sprake van moord. Wel komt het OM tot de conclusie dat de verdachte het slachtoffer doelbewust om het leven heeft gebracht. “Verdachte heeft zijn wapen getrokken, doorgeladen en vervolgens bewust op korte afstand op borsthoogte van het slachtoffer geschoten”, aldus de officier van justitie. “En dat tot viermaal toe, door een geoefend schutter. Het was dan ook geen toevalstreffer, maar een bewuste actie.”
Strafverzwarend is het feit dat de verdachte de schietsport beoefent en twee vuurwapens voorhanden mocht hebben. “Van een vergunninghouder mag bij uitstek worden verwacht dat hij zijn wapens niet gebruikt in privé-situaties”, zegt de officier van justitie. “Het OM rekent het de verdachte daarom zwaar aan dat hij, ondanks zijn verantwoordelijkheid, toch zijn wapen van zolder heeft gehaald en dit heeft gebruikt om iemand mee om het leven te brengen.”
Verantwoordelijkheid
Ook strafverzwarend is de houding van de verdachte. “Verdachte lijkt er geen last van te hebben dat hij iemand om het leven heeft gebracht en zou het niet willen terugdraaien”, aldus de officier van justitie. De verdachte neemt geen verantwoordelijkheid voor zijn acties. “De dood van het slachtoffer is de schuld van de instanties die niet in actie kwamen na talloze meldingen.”
Daarnaast wordt bij het bepalen van de strafmaat gekeken naar de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Zo heeft de verdachte geen strafblad en heeft het een paar jaar geduurd voordat de zaak voor de rechter kwam. “Het OM is ook niet blind voor de impact die de situatie in de buurt al jaren op verdachte en zijn gezin moet hebben gehad”, legt de officier uit. “Dit is een belangrijk gegeven dat boven deze strafzaak hangt en waarmee ik ook rekening zal houden, maar dit mag nooit een reden zijn, om zonder dat daar een echte aanleiding voor is, een wapen te gaan halen en daarmee te gaan schieten.”
Lange celstraf
Alles meewegende vindt het OM alleen een lange gevangenisstraf recht doen aan de ernst van de feiten. “Doodslag behoort tot een van de ergste en zwaarste misdrijven in ons strafrecht”, legt de officier van justitie uit. “Er is een mensenleven verloren gegaan. Er is een liefdevolle vader, broer, echtgenoot en vriend verloren gegaan.”
Het Openbaar Ministerie eist elf jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor doodslag en het bezitten van verschillende strafbare messen en andersoortige strafbare wapens. Wanneer de rechtbank uitspraak doet is nog onbekend.