Aanbellen
Op 22 juli 2023, iets na 22:00 uur, belt een man, gehuld in een oranje hesje, aan bij de woning van een bejaarde man in Utrecht. Nadat er open wordt gedaan en de man binnen wordt gelaten, wenkt hij in de richting van een auto. Twee vrouwen stappen uit die auto en treden vervolgens ook de woning binnen. Zo’n twintig minuten later stapt het drietal naar buiten. De volgende ochtend wordt de kleinzoon van het dementerende slachtoffer geïnformeerd door de thuiszorg dat het kistje met medicijnen kwijt is, waardoor de diefstal aan het licht kwam.
Bewijsmiddelen
Het drietal is te zien op de camerabeelden van de intercom van de woning. De mannelijke verdachte verklaarde dat hij samen met zijn twee medeverdachten aanwezig was in de woning. Ook is er telefonisch contact geweest tussen de verdachte en één van zijn medeverdachten in de dagen na de diefstal. De wijkverpleegkundige verklaarde dat het kistje met medicijnen eerder op de dag van de diefstal nog aanwezig was in de woning. Volgens de officier van justitie zijn er ook horloges, sieraden, een envelop met contant geld en goudstaven meegenomen uit de woning. Op basis van het dossier kan volgens de rechtbank niet worden uitgesloten dat al deze bezittingen eerder uit de woning zijn verdwenen. Uit het dossier blijkt namelijk dat meerdere personen met een sleutel toegang hadden tot de woning. Ook kwam er regelmatig zorgpersoneel over de vloer en vond er kort voor de diefstal een verbouwing plaats in de woning, waardoor verschillende personen in de woning aanwezig waren en de voordeur regelmatig openstond. De kleinzoon van het slachtoffer, die vrijwel dagelijks bij hem op bezoek kwam, was in de tien dagen voorafgaand aan de diefstal met vakantie en gaf aan dat hij enkele maanden voor de diefstal voor het laatst iets met zijn opa in de kluis had gelegd. Dat was het moment dat de kleinzoon de inhoud van de kluis voor de laatste keer zag.
6 maanden cel
De rechtbank rekent het de verdachten zwaar aan dat zij bewust een zeer kwetsbaar slachtoffer hebben uitgekozen. Zij hebben op grove wijze misbruik gemaakt van het bij het slachtoffer gewekte vertrouwen, terwijl het slachtoffer zich vanwege zijn geestelijke gesteldheid zich op geen enkele wijze kon verweren tegen hun handelen. De rechtbank komt tot een gevangenisstraf van 6 maanden voor alle drie de verdachten. De gevangenisstraf voor de mannelijke verdachte kent vanwege zijn verstandelijke beperking en gezien het advies van de reclassering een voorwaardelijk deel van 129 dagen. Eerder eiste de officier van justitie tegen de ene vrouw 20 maanden cel, tegen de andere vrouw 14 maanden cel en tegen de man 14 maanden cel waarvan 4 maanden voorwaardelijk. De strafoplegging wijkt af van de eis van de officier van justitie omdat de rechtbank de diefstal van de horloges, sieraden, het contante geld en de goudstaven niet wettig en overtuigend bewezen acht.