VEENENDAAL - Een 61-jarige man uit Veenendaal is door de rechtbank Midden-Nederland veroordeeld tot een gevangenisstraf van 33 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk. De man misbruikte vijf jaar lang zijn eigen dochter. Het seksueel misbruik begon toen het meisje vijf jaar oud was.

Seksueel misbruik
Het slachtoffer zat naar eigen zeggen in groep 2 of 3 toen haar vader haar voor de eerste keer seksueel misbruikte. Dat was in 2002. Haar moeder draaide toen veel avond- en nachtdiensten. Zodra haar zusje op bed lag, was ze alleen met haar vader. Hij raakte haar aan en vroeg haar seksuele handelingen te verrichten. Dit gebeurde op de bank en onder de douche. Ook moest ze samen met haar vader naar pornofilms kijken. De verdachte heeft een aantal ontuchtige handelingen bekend. Volgens hem is het maar een paar keer gebeurd.

Verklaringen
In de periode tussen 2014 en 2017 heeft het slachtoffer op vier verschillende momenten verklaringen afgelegd over het seksueel misbruik, onder meer bij haar therapeut. Uiteindelijk deed ze in december 2017 aangifte bij de politie. De rechtbank stelt vast dat het slachtoffer steeds hetzelfde heeft verklaard over het seksueel misbruik. Zowel over de handelingen die hebben plaatsgevonden, als de frequentie van het misbruik, de omstandigheden én de locatie waar(onder) dat misbruik kon plaatsvinden zijn de verklaringen van het slachtoffer consistent. Bovendien zijn de verklaringen op onderdelen zeer gedetailleerd. Daarnaast bevestigt de moeder van het slachtoffer dat zij in de ten laste gelegde periode avond- en nachtdiensten draaide en dat de verdachte toen alleen thuis was met de kinderen. De verdachte heeft ook bekend dat hij seksuele handelingen verrichtte bij zijn dochter als zijn vrouw aan het werk was. Op die manier was de kans klein dat hij werd betrapt.

Straf
De verdachte heeft misbruik gemaakt van het overwicht dat hij als volwassene en als vader op het slachtoffer had. Hij had alleen maar oog voor bevrediging van zijn eigen lustgevoelens, zonder zich te bekommeren om de schade die hij daarmee bij zijn dochter aanrichtte. Zij heeft PTSS opgelopen en volgt hiervoor therapie. Dit neemt de rechtbank de verdachte zeer kwalijk. Uit onderzoek blijkt dat bij hem sprake is van een persoonlijkheidsstoornis. Hij bagatelliseert het misbruik en lijkt niet stil te staan bij de gevolgen van zijn handelen. De rechtbank is van oordeel dat de verdachte behandeld moet worden. Daarom wordt een deel van de gevangenisstraf voorwaardelijk opgelegd. De rechtbank legt de verdachte een gevangenisstraf op van 33 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar. De officier van justitie had 36 maanden geëist. Maar omdat de redelijke termijn (de periode waarin een verdachte berecht moet worden) met 7 maanden is overschreden, legt de rechtbank 3 maanden minder op.